Nu uit!

Published on januari 31st, 2019 | by Der Wolfshund

0

Lord Of The Underground

dB’s is medeverantwoordelijk voor menig muzikale opvoeding in Utrecht en omstreken. Vijfentwintig jaar geleden is dB’s begonnen als oefenruimtecomplex, met als onderschrift ‘basis voor bands’. Maar inmiddels is er veel meer aan de hand. Het is een café waar je sjieke bieren en koffies kan drinken en kan eten, en je kan er 160 keer per jaar op concert. Van metal tot hiphop, van rockabilly tot electro. In de vijftien jaar dat dB’s op de huidige locatie zit is het uitgegroeid van sporadische concertlocatie tot een volwaardig poppodium. Meer dan ooit een ‘basis voor bands’ dus. Drijvende kracht achter het poppodium is programmeur Jeroen Boekhorst met zijn Stichting Ruis. Tijd om op gesprek te gaan bij deze Lord Of The Underground.

De juiste man op de juiste plek…

Meer richting theater

Met een koffie verkeerd zetten we ons bij de verwarming. Het is rustig in het café. Op de achtergrond speelt Hunky Dory van David Bowie. Af en toe loopt een muzikant voorbij, op weg naar één van de oefenruimtes. Ik stel mijn eerste vraag – wat bezielt iemand om programmeur te worden – en Jeroen steekt van wal…

“Ik ben er echt ingerold, toen ik in Utrecht kwam wonen en ging studeren en veel te veel tijd over had. Toen werd ik vrijwilliger bij Theater Kikker.”

Dat was is 1990. Theater Kikker is nu een theater-theater maar in die tijd was het een poppodium in ontwikkeling.

“Het voorwerk was al gedaan, o.a. door de vermaarde Jos De Groot die daar al een pool met vrijwilligers had lopen en zelf ook vrijwilliger was. Toen ik er bijkwam was er een soort wisseling van de wacht en op een gegeven moment ben ik daar met een vast groepje het programma gaan doen. We zijn toen met vier man en een betaalde coördinator die popmuziek gaan aanpakken.”

Toen ik in Utrecht kwam wonen was Theater Kikker een gevel waarachter werd verbouwd. Na verloop van tijd hoorde ik van de bands die daar hadden opgetreden voor de verbouwing. De tranen sprongen mij in de broek. Was ik maar eerder naar Utrecht verhuisd! Om er een paar te noemen: The A-Bones, The New Bomb Turks, Blues Explosion, The Donnas, Smog, Thee Headcoats, Oblivians en een stoot aan Utrechts talent. Wat een weelde.

“Eén keer in de week, op zaterdag konden we iets programmeren. Ron Euser van Mojo gooide af en toe wel eens een kruimel onze kant op. Bands die hun eerste of tweede tournee deden langs de iets kleinere zaaltjes.”

En de één zijn kruimels zijn de ander zijn krenten. Theater Kikker had een opgaande lijn te pakken. Het werd steeds beter, totdat het stopte…

“Na de verbouwing bleek al snel dat popmuziek niet langer gewenst was en dat het toch meer richting theater moest gaan. Dat was wel heel triest. Alles wat was opgebouwd in één klap weg. Let wel, dat was allemaal vrijwilligerswerk.”

Maar vrijwilligerswerk wordt toch minder hoog aangeslagen. Dan wordt het al snel afgeserveerd als zijnde een hobby, en dat doe je maar thuis. Na de verbouwing waren er nog wel wat stuiptrekkingen, met o.a. The Buff Medways en The Dirtbombs. Maar het was al snel duidelijk dat dit soort muziek niet op zijn plek was in de sjieke theaterzaal. De mooie houten theatervloer had het zwaar te verduren op zulke avonden. En om nou te zeggen dat het gezellig en sfeervol was… Toen Theater Kikker als poppodium ophield te bestaan ging Jeroen naar Moira en werd daar zaalbeheerder.

Dirtbombs in dB’s!

“Daar wilde ik natuurlijk ook het liefst popmuziek neerzetten en dat heb ik ook gedaan. King Khan heeft daar zijn eerste van vele Utrecht-shows gespeeld. Soledad Brothers met Meg White van The White Stripes als groupie in de entourage. Dat heb ik denk ik anderhalf jaar gedaan. Toen werd duidelijk dat het daar ook een aflopende zaak was. Dat was de periode 2000 / 2003. De bewoners vonden het toch wel wat te gezellig allemaal. Maar goed, dat is hun goed recht.”

Toen heb ik er echt mijn tanden in gezet

Dus trok Jeroen weer verder. Hij hoorde dat dB’s ging verhuizen van de Jekerstraat naar waar ze nu zitten, in de zogenaamde Cartesiusdriehoek, op Cab Rondom 100. Hij ging langs om te kijken of hij een handje kon toesteken – beetje helpen met klussen, dat soort dingen. “En toen zag ik dat zaaltje, tegelijk met Josje van The Pit, een metal-initiatief. Met haar vader hebben we toen akoestische platen aangebracht en toen zijn we vrij snel begonnen. Heel DIY allemaal. Het eerste optreden was van The Lost Sounds, met Jay Reatard, voor dertig man.”

Maar dit was de aller-aller eerste show…

“Dat was 2003. In het begin was het heel sporadisch, dan deed ik af en toe iets. Het was vrijwilligerswerk in die tijd. Dat heb ik heel lang gedaan. En toen heb ik echt mijn tanden erin gezet. Het hele lokale band-aspect erbij gepakt. Met The Clash Of The Titans aan de slag gegaan en op basis daarvan kon ik wat projectsubsidie krijgen waardoor je dan een beetje in beeld raakt bij de gemeente.”

Maar je kan wel in beeld raken bij de gemeente, ze moeten je ook nog serieus nemen.

“Dan was er altijd zo’n ambtenaar, die er nog steeds werkt… Die vroeg ik dan, kunnen wij niet een keer als poppodium erkend worden? Dan moest ze altijd een beetje lachen. Dat zal wel heel moeilijk worden, zei ze. Ze dacht, dat gaat nooit lukken. Maar het is uiteindelijk toch gelukt. We zitten voor de tweede achtereenvolgende periode in de cultuurnota.”

En terecht. De programmering in dB’s is een welkome en weloverwogen aanvulling aan de onderkant/ondergrond van de popmuziek. Een prestatie op zich in een tijd dat kunst wordt gezien als linkse hobby voor klaplopers en uitvreters.

Check die maandagenda!

Eenheidsworstenpodiaterreur

Onlangs werd het bericht gedeeld dat Willemeen in Arnhem na 50 jaar gaat verdwijnen in zijn huidige vorm. Het wordt opgedeeld en ondergebracht. De vrijwilligers hebben er geen fiducie in en zijn een handtekeningenactie gestart. Eén van de commentaren onder het bericht was van dB’s. Daarin viel het woord ‘eenheidsworstenpodiaterreur’. Een mooi scrabble-woord, maar ook een harde realiteit.

“Elke grote of middelgrote stad heeft of krijgt een poppodium dat als een soort troetelkindje gesubsidieerd wordt totdat er weer geld bij moet. Dat merk je ook aan de Nederlandse bands die iets verder en groter zijn. Die kunnen gewoon elk jaar, of elke keer als ze een nieuwe plaat uit hebben, hun rondje maken. En dan zijn ze weer klaar. Dat betekent dus ook dat al die veertien, vijftien, zestien podia allemaal hetzelfde programmeren. Er zit vrij weinig eigen smoel in bij veel van die zalen, vind ik. Willemeen is daar echt een uitzondering op. Daar zie je wel hele bijzondere, obscure dingen voorbij komen.”

Eeuwig zonde dus. De professionalisering van de kunstensector zal best voordelen hebben, maar net zoals bij Theater Kikker lijkt dit een geval dat vrijwilligerswerk minder serieus wordt genomen dan betaald werk.

Groeiende ambities

Het oefenruimtecomplex dB’s is een eigen, onafhankelijk en particulier initiatief. Dat onafhankelijke wordt ook via het podium gestimuleerd én gefaciliteerd. Bands kunnen de zaal voor relatief weinig geld afhuren en een eigen avond opzetten. Ze zijn volledig vrij in de invulling en de recette mogen ze zelf houden. Dat vindt Jeroen heel belangrijk dat die mogelijkheid er is. Dat stimuleert, als je het zelf doet. Maar alle DIY en underground-idealen op een stokje, Jeroen is ook realist genoeg om te weten dat de zaal gewoon gevuld moet worden. Programmeren is financiële afwegingen maken. Dat merkt Jeroen ook bij zichzelf.

“Dat ik dan denk, ik kan die band wel boeken maar er komt hooguit dertig, veertig man op af en dan verlies ik 1000 euro. Hoe tof het ook is, maar van idealisme alleen kan de schoorsteen niet roken. Het is ook belangrijk dat die zaal vol staat. Dat hoeft niet iedere keer zo te zijn, maar je hebt gewoon publiekstrekkers nodig en dat hoort ook bij de groeiende ambities en grotere rol die dB’s in het Utrechtse popscene inneemt.”

Lokale legende hangt gebroederlijk naast NY legende…

En tóch staat het hier…

Opgenomen worden in de cultuurnota is naast een morele opsteker ook een financiële steun in de rug, die ervoor zorgt dat er meer kan dan voorheen.

“Wat ik nu merk is dat ik veel bands krijg aangeboden die ik voorheen niet kreeg aangeboden. Voor mij een teken dat we zo onderhand een gevestigde naam geworden zijn. Dat brengt weer met zich mee dat ik zo’n band nu gewoon kan boeken omdat ik zeker weet dat het uitverkocht raakt. D.R.I. bijvoorbeeld. Dat was in een dag uitverkocht! Dan levert het wel wat op, én je kan een grotere groep muziekliefhebbers bedienen. Dat bepaalt voor een deel weer je smoel. Het gaat sowieso heel goed. Er zijn allerlei scenes die een plek zoeken, black metal, rockabilly, punk, hiphop. Met name de black metal scene in Utrecht hebben we als podium een flinke push kunnen geven. Al het andere loopt ook goed, maar daar doen we nog te weinig mee.”

Het is goed toeven in Utrecht als muziekliefhebber, roep ik, en Jeroen beaamt dat.

“Ik heb dat al honderd keer gezegd. Ik denk dat Utrecht een hele gezonde podiumcultuur heeft. Misschien dat je kan zeggen dat er aan de onderkant wel iets ontbreekt of lijkt te ontbreken. Echt het hele kleine en spannende komt wat minder aan bod. Maar ik denk dat je, met ACU en EKKO, De Helling, Vredenburg en dB’s, voor een middelgrote stad echt wel een gezonde podiumcultuur hebt. Mensen komen van buiten de stad naar Utrecht om hier bands te zien. Maar de echte onder-onderkant mag wel wat meer bediend worden. Ik moet zeggen dat ik dat zelf ook minder doe. Dingen die ik heel tof vind maar waarvan ik weet dat als ik er heel hard aan trek dat er dertig man op afkomt. Dat wil ik nog wel eens doen maar een stuk minder. In het begin had ik zoiets van: elk concert dat is een punt. ‘Ook al komt er niemand op af, tóch staat het hier.’ Elk concert wilde ik scoren, op het artistieke vlak welteverstaan. Maar dat ben ik wel een beetje kwijt, omdat dat zoveel tijd en energie kost.”

Dan hoef ik daar niet over na te denken…

Er zijn veel factoren die bepalen of Jeroen een band al dan niet zal boeken. Daar is geen formule op los te laten. Tegenover de no-brainers staan evenveel breinbrekers van bands. Komen er mensen op af? Is er een avondvullend evenement van te maken? Wanneer moet je op je eigen smaak afgaan en wanneer moet je persoonlijke voorkeuren opzij zetten? Als programmeur moet Jeroen voortdurend dit soort afwegingen maken en plannen smeden. En dan kan een gevreesde mislukking opeens een succes worden.

“Het afgelopen jaar had ik het Tornado Surf Fest georganiseerd. Dat leek aanvankelijk helemaal niks te worden, maar op de avond zelf stond er honderd man voor bands als The Krontjong Devils, Surfer Joe en Aloha Sluts. Dat was in zoverre een triomf, dat het kwartje viel dat ik dacht: er is hier wel iets gebeurd. Als ik dat tien jaar geleden had gedaan dan hadden er echt maar twintig mensen gestaan.”

Dat is een voorbeeld van hoe je een avond aankleedt. Eén surfband daar komen de mensen niet voor, maar een surfbandfestival dan weer wel. Zo bewijst een haast uitgestorven maar onsterfelijk genre zijn waarde en krijgt het een podium dat het verdient. Want dB’s is ook een plek met oog voor traditie. Muziekstijlen en muzikanten die door de jaren heen hun niche in de geschiedenis hebben veroverd, zijn vast waarde in de dB’s-programmering. Van Boppin’ The Rock (rock ’n’ roll/rockabilly) tot sixties/garage/punk-legendes uit een inmiddels ver verleden. Daar is altijd plaats voor. Er is geen groot publiek voor, maar het zijn zulke gevestigde namen/genres dat er wel een trouw publiek voor is.

Get your boppin’ rocks off!

“Als ik Steve Shelly van Sonic Youth kan boeken, daar hoef ik niet over na te denken. En Paul Collins die wil ik ook wel een podium bieden.”

No-brainer en Sonic Youth gitarist Steve Shelley, dames en heren, en hieronder de onvolprezen King Of Powerpop Paul Collins…

Biologische boodschappen

dB’s heeft de afgelopen jaren grote stappen gemaakt als poppodium, maar de toekomst is allerminst zeker. De Cartesiusdriehoek is verkocht aan een projectontwikkelaar.

“Het is nog maar de vraag of wij hier kunnen blijven zitten. Die plannen zijn in ontwikkeling. dB’s wordt heel specifiek in die plannen genoemd en er wordt ook van alle kanten aan gesleurd om dB’s hier te houden. Maar ik weet het niet. Ik ben er niet heel optimistisch over omdat je gewoon gaat werken met een commerciële marktpartij. Je krijgt hier 2500 woningen, autoluw gebied en een projectontwikkelaar die dit gebouw als ankerpunt van de buurt wil laten fungeren. Nou is dB’s hartstikke tof maar het is natuurlijk wel een niche met zijn oefenruimtes voor muzikanten en de concertzaal. Uiteindelijk moet er gewoon geld worden verdiend. Voor nu is het allemaal nog erg abstract. De plannen moeten eerst maar eens werkelijkheid worden.”

Vooralsnog is dit de werkelijkheid…

“In mijn scenario komen hier een Basic Fit en een Ecoplaza. Maar ik hou me er niet mee bezig, dat is allemaal politiek. Ik doe gewoon mijn ding hier en ik hoop dat door het poppodium gewoon goed op de kaart te blijven zetten, de onderhandelingspositie van dB’s als geheel steviger is. Maar die onderhandelingen voer ik zelf niet en daar heb ik ook helemaal geen zin in en geen verstand van. Dat doet Paul [De Brabander, eigenaar van dB’s] Ik ben nogal pessimistisch, maar ik denk wel dat we zoveel goodwill hebben dat er dan zal worden gekeken naar een alternatieve lokatie. Nog verder uit de stad waarschijnlijk. Zo gaat dat altijd. De pioniers ontginnen een gebied en dan wordt het verkocht en dan moeten de pioniers weer een paar kilometer verderop de zaak gaan ontginnen. Dat zou voor het poppodium kwalijker zijn dan voor de oefenruimtes. Als dB’s nog verder van het centrum komt te liggen dan krijg je het als poppodium wel lastig denk ik. Dan moet je weer opnieuw beginnen. Als het stopt dan stopt het en misschien dat Stichting Ruis dan op locatie dingen kan gaan doen. We zien wel. Maar het is wel een lastig verhaal. Iets wat je hebt opgebouwd kan zomaar binnen twee jaar verdwenen zijn. Dan wordt het aanbod aan de onderkant wel vrij schraal.”

Toen elk concert een statement was…

Als ik er aan denk dat dB’s zou verdwijnen dan wordt er bij mij nu al spontaan van alles schraal. Het is een mooie zaal waar je intiem met een band samen kan zijn. Zeg maar, dat wat ze tegenwoordig ‘beleving’ noemen en met heel veel bombarie wordt gepresenteerd in veel te grote zalen waarvan je achteraf kan zeggen: ‘Gelukkig hebben we de foto’s nog.’ Nee, dan ruik ik liever het zweet van de zanger die me recht in mijn smoel staat te blèren en waar ik na afloop een biertje bij de merchandise-stand kan drinken.

dB’s is een vaste waarde in de Utrechtse scene die zich dwars tegen alle trends in heeft ontwikkeld tot de plek die het nu is. Het geluid is goed en de sfeer gemoedelijk. Door de jaren heen is het van een eenmansoperatie veranderd in een erkend poppodium met meer dan alleen een programmeur en een technicus.

“Jarenlang heb ik hier alles zo’n beetje alleen gedaan. Programmering, promotie, kaartjes verkopen op de avond zelf, en tegelijkertijd het stagemanagement. Nu hebben we een fijne pool vrijwilligers, gastprogrammeurs en iemand die zich –betaald- met de productie bezighoudt.”

dB’s bedient jonge mensen die van moderne muziek houden alsook oudere jongeren en liefhebbers van traditionele popstromingen. Jeroen is trots op wat hij en zijn collega’s hebben bereikt en een tevreden mens.

Een statement waar niks tegenin valt te brengen…

“Ik vind dB’s sowieso een hele toffe plek, met al die oefenruimtes en al die verschillende soorten mensen die zich hier thuis voelen. Af en toe zijn er natuurlijk hobbels en problemen, maar aan het eind van de dag tel ik mijn zegeningen en ben ik blij dat ik dit nog steeds kan doen. Ik denk dat we nu in dB’s een mooie mix hebben tussen wat ik neerzet en wat anderen mensen neerzetten en wat bands zelf willen doen. Dat is ook wat het podium tekent. Maar de begintijd was ook erg mooi. Lost Sounds, Destruction Unit, the Monsters, Black Lips… Al die heftige bands, toen elk concert een statement was.”

Comments

comments

Tags: , , ,


About the Author

Der Wolfshund - a.k.a. Barry Hofstede - is an independent writer. His work includes: theatre plays, short stories and song lyrics. He's also a columnist and story teller. Besides that, he's an avid record collector, part time rock star and deejay.



Comments are closed.

Back to Top ↑