Wat moeten we nou met Ariel Pink en John Maus?

De lijst van artiesten waar je om morele redenen eigenlijk niet meer naar mag luisteren wordt langer en langer. Een jaar of tien geleden bleek postuum dat Michael Jackson toch echt niet al te fris bezig was geweest met kleine jongetjes. Vlak daarna werd Conor Oberst (Bright Eyes) beschuldigd van verkrachting en hoorden we een decennium langs niks meer van hem. Meer recent waren het Morrissey (racistisch), Ryan Adams (#metoo), Avigdor Zahner-Isenberg van Avi Buffalo (alweer verkrachting) en Grimes (goedpraten van anti-vakbondbeleid van haar partner Elon Musk) die liefhebbers van hun muziek voor een moreel dilemma plaatsten: nog luisteren of niet? Deze week kwamen er in een keer twee namen bij die lijst met artiesten die fout na de oorlog zijn. En niet de minste: Ariel Pink en John Maus. Hun faux pas? Meelopen met de Trumpsupporters vorige week, waarvan een deel (niet zij) later het Capitool bestormden.

Okee, eerst maar even de feiten. Op woensdagavond 6 januari plaatste regisseur Alex Lee Moyer een foto op haar Instagramaccount met daarop haarzelf, Ariel Pink en John Maus, poserend op wat overduidelijk een hotelbed is. Haar bijschrift was: “The day we almost died but had a great time instead”. Later plaatste ze nog een kort filmpje van John Maus die rondloopt tussen Trumpdemonstranten en naar het Capitool wijst. Je had dus in een keer drie minor indie underground celebrities die in een kwade reuk kwamen te staan. Uiteraard werden zij alle drie onmiddellijk via sociale media ter verantwoording geroepen. Hun reacties liepen uiteen van “ik was daar toevallig en als journalist heb ik de boel gewoon ff vastgelegd” (Moyer) tot “ik was daar om op vreedzame wijze mijn steun te betuigen aan president Trump” (Ariel Pink). John Maus reageerde slechts door op Twitter een link te plaatsen naar een encycliek van paus Pius XI uit 1937, waarin de katholieke kerk nationaalsocialisme en racisme veroordeelt. Naar wat hij daar precies mee bedoelt kunnen we alleen maar gissen.

Postmoderne ironie
Wat moeten wij hier nu allemaal van denken? Zouden Pink en Maus echt een zwak hebben voor of zelfs aanhanger zijn van Donald Trump? Het is moeilijk om die vraag te beantwoorden, temeer omdat beide artiesten (die elkaar al van hun studie aan de kunstacademie van Californië kennen) sinds eind jaren 0 bekend staan om hun postmoderne ironie in muziek, teksten en openbare uitlatingen. Het is kortom al jaren niet duidelijk welke boodschap de heren precies willen overbrengen en zelfs of er wel een boodschap is. Een beetje zoals Fluxus in de jaren 60 dus.

Trumpsupporter
Pink is daarbij ook nog eens een volbloed provocateur die al een aantal jaar pittige uitspraken doet die dan weer als racistisch zijn te kwalificeren, dan weer anti-feministisch en dan weer seksistisch. Sommige uitspraken zijn zo over de top (“ben je een pedofiel als je van pedofielen houdt?”, “Ik houd van necrofielen”) dat je je afvraagt of je ze au serieux moet nemen. Het lijkt er meer op dat we te maken hebben met iemand die graag aandacht krijgt, juist via erg controversiële statements. Het laatste jaar manifesteert Pink zich vaak als fervent Trumpsupporter. Zo noemde hij Trump en zijn getrouwen onlangs “the geniuses of our time” en riep hij diverse keren op om in november 2020 toch vooral op Trump te stemmen. Pink vertelde in een interview verder dat zijn vriend John Maus “1000 procent” aanhanger van Trump is.

Creepy shitty white men (en een mevrouw)

Wetenschappelijke distantie
John Maus zelf is minder loslippig over zijn politieke voorkeuren. Maus is dan ook een gepromoveerde politiek filosoof. Dan kun je wat meer wetenschappelijke distantie van de “dagelijkse politiek” verwachten. Zijn dissertatie (waarin overigens ook Ariel Pink in het bedankwoordje staat) gaat (onder andere) over hoe moderne informatietechologie controle door staatssystemen beïnvloedt. Je kunt je dan zomaar voorstellen dat de meest extreme actie van de keizer van de moderne beïnvloeding (Trump dus) zijn interesse wekt en hij een en ander graag met eigen ogen wil zien. De beelden van Maus tussen de demonstranten bevestigen dat. Hij lijkt daar meer een toerist of amateur antropoloog dan een rabiate Trumpaanhanger.

Anders dan bij Ariel Pink zegt de muziek van Maus wel iets over zijn wereldbeeld. Nummers als Rights For Gays en vooral Cop Killer getuigen van een “links” of in ieder geval anarchistisch wereldbeeld. En waar anarchie meestal geassocieerd wordt met “linkse” wereldbeelden, lijken de Trumpaanhangers op dit moment het dichts aan te sluiten bij definitie van anarchisten. Je kunt niet ontkennen dat deze lieden nogal gestructureerd bezig zijn aan de poten van alles wat boven ons geplaatst is te zagen.

“Kill every cop in sight”

Alt-right
Maus had een jaar of vier geleden overigens al een akkefietje over vermeende “rechtse sympathieën”.  Hij leverde toen een bijdrage aan het televisieprogramma op het Adult Swim netwerk (nu nog alleen zwaar gecensureerd te zien op Youtube). Dat programma bleek vervolgens ontsproten aan het brein van een supporter van “alt-right”. Vrijwel alle muzikanten die aan het programma mee hadden gewerkt, veroordeelden snel het programma en betuigden spijt van hun bijdrage. Zo niet John Maus. Hij betoogde dat het allemaal wel meeviel met die rechtsigheid van het programma. Hij had er zelf immers niks van meegekregen, “but maybe I’m dumb”, voegde hij er nog wel aan toe. Hij laat ruimte voor twijfel.

Veroordeling
En daarmee komen we meteen op de vraag of het in tijden van identiteitspolitiek en “cancel culture” nog wel mogelijk is om je af en toe te onttrekken aan wat anderen aan “juiste” meningen en oordelen van jou verwachten. Het antwoord op die vraag lijkt “nee” te zijn. Zwart moet zwart zijn en wit wit. De tijden dat er ook nog grijs mocht zijn (of zelfs nieuwsgierigheid daarnaar), lijken definitief voorbij. Je ziet dat aan de directe veroordeling van Pink en Maus door alles en iedereen dat “links”, “indie”, “woke”, of alle drie tegelijk is. Met terugwerkende kracht hebben die twee nooit gedeugd en zijn ze sowieso “hasbeens” of gewoon “creepy shitty white men”. Dat geen van beide heren luidkeels steun heeft betuigd aan Black Lives Matter wordt ze met terugwerkende kracht ook nog even kwalijk genomen. Molly Nilsson, wier Hey Moon John Maus ooit coverde, wist niet hoe snel ze haar eigen versie van de single opnieuw moest uitbrengen. De opbrengst van de verkoop gaat uiteraard rechtstreeks naar Black Lives Matter. En Mexican Summer, het platenlabel waar Ariel Pink de afgelopen jaren wat archiefmateriaal uitbracht, heeft hem inmiddels zijn congé gegeven. Want stel je voor dat je geassocieerd wordt met lieden die niet deugen…

Snel laten zien dat je deugt

Klootzakken
Dit opschrijven is natuurlijk erg verdacht. Voor je het weet ben je een apologeet van twee mannen die vooral maar zo snel mogelijk gecanceld moeten worden. Ik zou daar twee zaken tegenover willen stellen. Allereerst wil ik graag zelf bepalen of ik de artiest en zijn wereldbeeld en gedrag los mag zien van zijn werk. Er zijn genoeg klootzakken in de moderne popmuziek, die toch verdomd fijne muziek maken. En dan is er ook nog een onderscheid te maken tussen gedrag en gedachten. Met het gedrag van Ariel Pink en John Maus lijkt vooralsnog niks mis. Ze hebben immers niemand vermoord of verkracht en de wet hebben ze ook niet overtreden. Of het verder wat denkbeelden betreft klootzakken zijn weet ik niet. Wat ik wel weet is dat hun muziek dus verdomd fijn is.

Ontregelen
Een ander en misschien nog wel belangrijker punt is dat ik het eigenlijk wel fijn en verfrissend vind dat er ook kunstenaars zijn die je aan het denken zetten door niet gedachtenloos aan te sluiten bij het gewenste gedrag van de informatiebubbel waar anderen hen blijkbaar toe rekenen. Je zou dat zelfs als een van de taken van kunstenaars kunnen zien. De ophef op diverse websites over Maus en Pink (die dus misschien gewoon nieuwsgierig waren en met eigen ogen wilden zien wat er eigenlijk gebeurt daaro in Washington), inclusief de bliksemsnelle karaktermoord laten zien dat die bubbels steeds meer zichzelf bevestigende systemen worden, met zelfs een eigen gedachtenpolitie. Eigenlijk is het alleen maar toe te juichen dat er dan lieden zijn die vaste denkpatronen af en toe ontregelen. Daar ga je zelf ook weer even van nadenken. Bovendien zorgt het voor wat verbinding tussen informatiebubbels en -echokamers.

Ik ga dus vandaag geen apart afgesloten platenkastje timmeren voor mijn “foute” plaatjes, maar zet uit dat denkbeeldige kastje gewoon nog eens het geweldige Pom Pom op van Ariel Pink. En daarna sowieso alles van John Maus.

Comments

comments