Klassieker

Published on april 1st, 2016 | by snoeischaar

0

Trip naar Londen met maar één doel: The Monks!

Eén van de best bewaarde geheimen uit de geschiedenis der popmuziek is ongetwijfeld het bandje THE MONKS. Hun LP ‘Black Monk Time’ uit 1966 mocht dan destijds nauwelijks opgemerkt zijn, in latere decennia bleek het van grote invloed op iedereen met een beetje smaak in zijn/haar donder. Dames en heren, wij presenteren de anti-Beatles! Om te beginnen: hoor eens het opruiende openingsnummer van die plaat en huiver mee met tekst en muziek. In een tijdsbestek van amper 2,5 minuut komt hier van alles tezamen: waanzin & dada, vroege anti-oorlogssentimenten & agressie, crazy rhythms & een krassende banjo-attack. Hoor je niks speciaals? Dan gewoon nog een keer luisteren, domme eikel!

Alright, my name is Gary. Let’s go. It’s beat time. It’s hop time. It’s Monk time. You know, we don’t like the army. What army? Who cares what army? Why do you kill all those kids over there in Vietnam? Mad Viet Cong! My brother died in Vietnam. James Bond, who is he?

Het verhaal van The Monks is waarschijnlijk te onwaarschijnlijk om waar te zijn: vijf Amerikaanse soldaten die gelegerd zijn in het na-oorlogse West-Duitsland starten een band en trekken alle conventies omver met een reeks briljante muzikale vernieuwingen.

Anders gesteld: is het soldatenbestaan op zich al boring, soldaat zijn in vredestijd is natuurlijk helemaal dodelijk saai. Gevijven zwaaien ze dan ook af en beginnen een band, The 5 Torquays. Het is 1964 en aanvankelijk is het zwaar ploeteren geblazen. The Torquays blijken slechts één van die honderden buitenlandse bands te zijn die het naar entertainment snakkende West-Duitsland van vermaak voorziet. Ze trekken daarbij van stad naar stad, van bierkelder naar bierkelder en schieten daar geen sodemieter mee op. Maar ja wat wil je, het is rock ‘n’ roll uit het boekje wat ze spelen.

Monks Torquays
The 5 Torquays

Een mooi feit uit die periode komt aan het licht in de biografie ‘Black Monk Time’ van bassist Eddie Shaw dat een jaar of tien terug verscheen. Daarin vertelt hij dat The 5 Torquays / The Monks helemaal niet zo gecharmeerd waren van The Beatles, want ja, dat waren concullega’s en die die zagen ze daar spelen. Wel waren ze diep onder de indruk van de waanzinnig lijpe show en muziek van Nederlands (Indië’s) eigen TIELMAN BROTHERS!

Afijn, de ex-GI’s zien in dat ze veels te gemiddeld bezig zijn. Ze vallen gewoonweg niet genoeg op vinden ze. Dus besluiten werd het over een totaal andere boeg te gooien. Aldus doen de oerwouddrums, de feedback, de gekwelde vocalen met gevaarlijke nonsensteksten, de fuzz-gitaar en de elektrische versterkte banjo hun intrede. En een nieuwe naam is zo gevonden: THE MONKS. Een passende aankleding hoort daarbij natuurlijk: zwarte kleding (soms inclusief een monnikspij), om de nek een noose en bovenop het hoofd een kruisschering. Plotseling zien ze er flink weird uit, niet opvallen is plotseling een stuk moeilijker geworden!

Niet onvermeld mag blijven dat er achter de schermen twee Duitsers actief zijn die het vermogen hadden in concepten te denken. The Monks kunnen we dan ook bezien als hun brainchild, en hun samenwerking als een vroeg voorbeeld van Deutsch-Amerikanisiche Freundschaft. Voorts was er een Julian Cope (ooit zanger van Teardrop Explodes, tegenwoordig publicist) voor nodig om achteraf vast te stellen dat de Monks-sound niet alleen gezien moet worden als minimalistische proto-punk (de gangbare mening) maar ook als voorloper van de kraut-rock. Ja want op de keper beschouwd is vrijwel alle punk niets meer dan versnelde bluesrock en het waren The Monks die deze insteek als eersten volledig overboord kieperden. Bluesloze muziek dus. Daar kun je nog aan toevoegen dat The Monks dankzij de ‘splendid isolation’ waarin zij verkeerden zowel muzikaal als tekstueel (geen Duitser die hun teksten verstond, laat staan er aanstoot aan nam) volledig hun eigen gang konden gaan en zo aanstuurden op een geheel eigen sound. Cope wijst er dan ook op dat The Beatles ‘had to clean up their act’ vanaf het moment dat ze in de UK terugkeerden.

Maar goed, zoals aan alle gave verhalen komt er ook aan het verhaal van The Monks een puntig eind. Te midden van snel veranderende muziektrends, van de intrede van drugs en alcohol, van een toeloop aan slechte vrouwen liggen desillusies op de loer en daar hebben The Monks dan ook hun portie van gekregen. Al in 1967 geven ze er de brui aan. Terug in de USA verliezen ze elkaar volledig uit het oog. Met achterlating dus van die ene verweesde LP ‘Black Monk Time.’ Opgenomen in Keulen, uitgebracht op Polydor, alleen in Duitsland verschenen en qua verkoopcijfers zeer teleurstellend. Maar wat een prachtig en radicaal tijdsdocument!

Monks LP

Pas vanaf de late jaren ’90 is er –mede dankzij het lopend vuurtje genaamd internet-  sprake van een hernieuwde en vurige belangstelling voor het werk van The Monks. Zo komen ze terecht op de soundtrack van The Big Lebowski en een band als The Fall covert hen meerdere malen. Reünie-optredens zijn er ook en in 2006 is het helemaal bal want The Monks kondigen aan terug te komen naar Europa voor welgeteld drie optredens (Londen, Zurich en Berlijn). Uw razende reporter was er vanzelfsprekend bij daar in Londen, yes!

monksssssa

Op 19 oktober 2006 is het zover, The Monks spelen in The Dome/The Dirty Water Club (bij metrostation Tufnell Park) een gedenkwaardige show. Ze zijn vanzelfsprekend flink ouder geworden (een kruisschering blijkt inmiddels bij de meesten van hen overbodig!) maar dat mag de pret geenszins drukken. Het is de Britten wel toevertrouwd om oude helden een warm hart onder de riem te steken, dus je snapt al: het wordt een opwindend en gedenkwaardig avondje waarbij het enthousiasme van het publiek de muzikale prestaties der Monks tot grote hoogten doet opstuwen.

Monks1
Monks2

Het hoogtepunt van de avond (voor mij dan) speelt zich af bij de merch-table. Ik koop daar zo’n blitz monkstouwtje en doe verwoede pogingen om dat verrekte ding netjes bij mezelf als een stropdas om te knopen. Dat lukt voor geen meter MAAR DAN KOMT DAVE DAY (DE BANJOSPELER) OP ME AFSTAPPEN EN HIJ HEEFT TOEN DAT TOUWTJE HOOGSTPERSOONLIJK BIJ MIJ OM MIJN HALS GESTRIKT!!!. Is dat aardig van hem en jaloersmakend of niet? Ja toch!

dirty wc 19 - 22 oct 2006 004

Monks3

Helaas, een week of zeven later moest ik me toch een keer gaan douchen en maakte ik er snel nog een fotootje van, voordat ik ‘m tot mijn grote verdriet moet losknopen. Dus sta mij toe lieve lezer dat ik hier een zelfportret plaats. Ik doe dat niet vanwege sterallures ofzo maar puur omdat het functioneel is in het kader van dit verhaal.

De bewuste avond

Een dik jaar later dan, we zijn aanbeland in die ijskoude januarimaand van 2008, bereikt ons de onheilstijding dat Dave Day is overleden. Je begrijpt wel, behalve veel treurnis betekent dit meteen het einde van The Monks. Een feit dat nog eens onderstreept wordt als een paar jaar later ook zanger Gary Burger het loodje legt. Van de oorspronkelijke vijf Monks zijn er nu nog twee in leven.

O ja, dit is ook nog grappig. Met mijn maat Stappie C. zaten we in een shabby hotelletje op Anson Road, vlakbij de Dirty Water Club. De voertaal was er oostbloks, het ontbijt niet te vreten en alleen te consumeren in een soort van veredeld bezemhok. C. betaalde de hotelrekening met zijn kredietkaart en dat feit was er waarschijnlijk de oorzaak van dat – eenmaal terug in Nederland-  plotseling een paar duizend euries van zijn rekening bleken afgeschreven! Een leuke verrassing noem je zoiets en je snapt wel, we hebben er samen hartelijk om zitten lachen. En dat terwijl ‘Black Monk Time’ voor de zoveelste keer zijn dolle rondjes tolde op de draaitafel.

monkskdkd

 

 

 

Comments

comments

Tags: , , , , , , , , ,


About the Author



Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Back to Top ↑